Wanneer de temperatuur daalt tot het vriespunt, is het reëel dat er ijsvorming op de PVT-warmtepomppanelen optreedt. Dit fenomeen is vergelijkbaar met bevroren dauw. Dit is nooit schadelijk voor de installatie. De thermische prestatie zal mogelijk iets (maximaal 10%) afnemen, maar er wordt nog steeds voldoende geleverd om je woning en tapwater te verwarmen. Daar wordt het systeem op gedimensioneerd. De kans op ijsvorming is het grootst rond het vriespunt bij vochtige lucht en weinig wind. Gedurende enkele uren per jaar zijn de omstandigheden zodanig, dat het elektrisch element de warmtevraag invult. Op jaarbasis gebeurt dit gemiddeld slechts 43 uur tijdens de nacht (NEN5060). Nieuwbouwwoningen zijn zo goed geïsoleerd dat de binnentemperatuur in zo’n geval amper daalt. Zelfs als de warmtepomp even uitstaat.